Wetsvoorstel Wet transparantie maatschappelijke organisaties
Het op 20 november 2020 bij de Tweede Kamer ingediende Wetsvoorstel Wet transparantie maatschappelijke organisaties (Wtmo) introduceert het stelsel van ‘transparantie op verzoek’. Dit stelsel houdt in dat de in de Wtmo bedoelde maatschappelijke organisaties, onder voorwaarden, verplicht zijn om op verzoek van de burgemeester, enkele overheidsinstellingen of het OM inzicht te geven in herkomst, doel en omvang van verkregen buitenlandse donaties.
Tevens worden stichtingen met inwerkingtreding van de Wtmo verplicht om hun balans en staat van baten en lasten bij het handelsregister te deponeren, maar zonder dat deze door een ieder geraadpleegd kunnen worden.
Het stelsel van ‘transparantie op verzoek’ betreft zogenaamde maatschappelijke organisaties. Het gaat daarbij om a) Nederlandse stichtingen, verenigingen, kerkgenootschappen of een organisatie van kerkgenootschappen en b) buitenlandse rechtspersonen of andere juridische entiteiten of constructies die met de rechtspersonen bedoeld onder a) vergelijkbaar zijn en die duurzaam in Nederland activiteiten ontplooien. Het wetsvoorstel beoogt tegen te gaan dat onwenselijke buitenlandse beïnvloeding in deze maatschappelijke organisaties optreedt als gevolg van ontvangen donaties. De burgemeester en enkele bij wet bepaalde overheidsinstellingen zijn bevoegd om in het kader van de handhaving van de openbare orde, bij een maatschappelijke organisatie in zijn gemeente informatie op te vragen over de grafische herkomst, doel en omvang van de donaties die, direct of indirect, zijn ontvangen uit landen buiten een lidstaat van de EU of EER. De burgermeester is daarbij bevoegd persoonsgegevens op te vragen en te verwerken, ook waaruit religieuze of levensbeschouwelijke overtuigingen kunnen blijken Voldoet de maatschappelijke organisatie niet aan het verzoek van de burgemeester, dan kan de burgemeester de maatschappelijke organisatie een last onder dwangsom opleggen. De burgemeester kan de rechter verzoeken om een civielrechtelijk bestuursverbod op te leggen aan de bestuurder van een maatschappelijke organisatie wanneer deze ernstig tekortschiet in de nakoming van de verplichtingen onder de Wtmo.
Het tweede deel van het wetsvoorstel heeft alleen betrekking op Nederlandse stichtingen en strekt tot het tegengaan van misbruik van financieel-economische aard, zoals witwassen en terrorismefinanciering. Stichtingen hebben reeds een verplichting om een balans en staat van baten en lasten op te stellen, maar zijn met inwerkingtreding van de Wtmo ook gehouden deze financiële stukken te deponeren bij het handelsregister. Na deponering zijn de financiële gegevens van stichtingen alleen in te zien door een aantal limitatief in de wet opgenomen overheidsinstanties, waaronder het openbaar ministerie, de FIOD en de AIVD.
Op 23 december 2020 is het verslag verschenen. De volgende stap in het wetgevingsproces is de publicatie van de nota naar aanleiding van het verslag. Een beoogde datum van inwerkingtreding is tot dusver niet bekend.