Google Ads op basis van de naam van een concurrent vormen op zich geen oneerlijke marktpraktijk

Article
BE Law

Volgens het Hof van Beroep te Gent[1] is het eigen aan de vrije mededinging, en toegestaan, dat een onderneming internetreclame maakt op basis van trefwoorden die overeenkomen met de benaming en/of vestigingsplaats van een concurrent.

Google Ads laat iedere marktdeelnemer toe een aantal trefwoorden te selecteren en deze te linken aan zijn website (tegen betaling). Wanneer een internetgebruiker op deze trefwoorden zoekt, krijgt hij in de zoekresultaten een advertentielink te zien naar deze website, met de vermelding “Adv” of “Advertentie”. Een onderneming beklaagde zich over het feit dat een van zijn concurrent zijn handelsnaam gebruikte als Google Ads trefwoord, zodat bij een zoekopdracht naar zijn onderneming eerst een advertentielink naar de website van de concurrent verscheen, vooraleer zijn eigen website werd getoond. 

Volgens het Hof is dergelijke praktijk echter niet oneerlijk. Het benadrukte dat dergelijke internetreclame er in principe toe strekt om internetgebruikers een alternatief te bieden voor de waren of diensten van de concurrent. Dergelijke praktijk is derhalve eigen aan de vrije mededinging.

Daarnaast vond het Hof dat deze praktijk niet misleidend of verwarrend was. De gemiddelde aandachtige en redelijk oplettende internetgebruiker zal bij zijn zoekopdracht namelijk het onderscheid kunnen maken tussen de betaalde advertentie voor de website van de concurrent (die zich boven of rechts op de webpagina bevindt) en de website van de onderneming in kwestie, aldus het Hof.  

Het Hof besloot dat er in deze zaak overigens geen omstandigheden waren waardoor de gebruikte internetreclame alsnog onrechtmatig zou kunnen zijn.

Voetnoot:

1 Gent 7 maart 2022, 2021/AR/778, onuitg.