Besluit aanwijzing organisaties van openbaar belang

Article
NL Law

Op 10 juli 2019 is het Besluit aanwijzing organisaties van openbaar belang (Besluit) in het Staatsblad gepubliceerd.

De minister wijst hierin een viertal nieuwe categorieën instellingen aan als organisatie van openbaar belang (OOB) in de zin van de Wet toezicht accountantsorganisatie (Wta). Door de OOB-status worden strengere eisen gesteld aan de accountants(organisaties) die bij deze instellingen de jaarrekening controleren. Bovendien heeft de aanwijzing ook consequenties voor de instellingen zelf. Het Besluit treedt op 1 januari 2020 in werking.

Op dit moment zijn uitsluitend bepaalde beursgenoteerde vennootschappen, (ook niet-beursgenoteerde) banken en (her)verzekeraars aangemerkt als OOB. Op grond van de Wta kunnen bij of krachtens algemene maatregel van bestuur categorieën van ondernemingen, instellingen of openbare lichamen worden aangewezen als OOB, indien de omvang of functie van die ondernemingen, instellingen of openbare lichamen in het maatschappelijk verkeer dit rechtvaardigt. Van belang is dat de omvang of functie van zodanige aard is dat een ondeugdelijk uitgevoerde wettelijke controle van de financiële verantwoording een aanmerkelijke invloed kan hebben op het vertrouwen in de publieke functie van de accountantsverklaring. Bij het Besluit zijn nu ook netbeheerders, grote woningbouwcorporaties, grote pensioenfondsen en drie instellingen voor het wetenschapsbeleid (KNAW, NWO en Koninklijke Bibliotheek) aangewezen als OOB.

De aanwijzing als OOB heeft consequenties voor deze instellingen. Niet alleen zorgt deze aanwijzing ervoor dat aanvullende wettelijke waarborgen gaan gelden voor de accountantscontrole maar ook zullen deze instellingen wijzigingen moeten doorvoeren in hun governance en voor hun bestuursverslagen komen uitgebreidere eisen te gelden. Zo dienen OOB's in beginsel een auditcommissie in te stellen, geldt er een roulatieplicht voor accountants(organisaties) en dienen bepaalde OOB's een niet-financiële verklaring in het bestuursverslag op te nemen. Wij schreven al eerder over een concept tekst van het Besluit in onze Corporate Update van 18 juli 2017.

De aangewezen instellingen verkrijgen de OOB-status vanaf 1 januari 2020. Er geldt een uitgebreide overgangsbepaling:

  • Het huidige recht blijft van toepassing op de wettelijke controles van op het moment van inwerkingtreding van het Besluit nog lopende boekjaren en op alle andere wettelijke controles die voorafgaand aan die datum zijn aangevangen.
  • Bepaalde verplichtingen uit de Wta voor de accountantsorganisaties met een vergunning die strekt tot het verrichten van wettelijke controles bij OOB's (OOB-vergunninghouders) zijn eerst na verloop van 24 maanden na inwerkingtreding van het Besluit van toepassing.
  • Artikel 5 van de Europese Audit Verordening (EU) nr. 537/2014  en art. 24b lid 1 Wta (verboden met betrekking tot het leveren van niet-controlediensten door OOB-vergunninghouders) zijn eerst na verloop van 12 maanden na inwerkingtreding van het Besluit van toepassing.
  • De termijn voor de kantoorroulatie zoals opgenomen in de Europerse Audit Verordening  vangt aan op het moment dat de aangewezen instellingen OOB worden.

Door inwerkingtreding van het Besluit zal het aantal instellingen dat als OOB kwalificeert aanzienlijk toenemen. Dit zorgt mogelijk voor capaciteitsproblemen aan de zijde van de OOB-vergunninghouders. Het aantal OOB-vergunninghouders is de afgelopen jaren teruggelopen. Op 1 januari 2020 zullen er naar verwachting (slechts) zes OOB-vergunninghouders zijn. De NBA heeft hierover haar zorgen geuit en er zijn Kamervragen gesteld. De minister heeft deze vragen op 13 juni 2019 beantwoord. Onze collega Lars in 't Veld schreef hier eerder een column over in Ondernemingsrecht 2018/110. Daarnaast schreef hij met collega's Steven Hijink en Luuk van der Sandt een bijdrage over de gevolgen voor de nieuw als OOB aangewezen ondernemingen in TOP 2019/114.