Wet zorgplicht kinderarbeid gepubliceerd in het Staatsblad
Op 13 november 2019 is de Wet zorgplicht kinderarbeid in het Staatsblad gepubliceerd. Op grond van deze wet geldt voor elke onderneming die aan Nederlandse eindgebruikers goederen verkoopt of diensten levert dat gepaste zorgvuldigheid moet worden betracht om te voorkomen dat die goederen en/of diensten met behulp van kinderarbeid tot stand zijn gekomen. Het is nog niet bekend wanneer de wet in werking zal treden.
Onderzoeksplicht – verklaring gepaste zorgvuldigheid
De wet voorziet in de invoering van een onderzoeksplicht, die moet voorkomen dat Nederlandse producten met behulp van kinderarbeid tot stand zijn gekomen. In dat kader moeten alle in Nederland gevestigde ondernemingen die goederen of diensten aan Nederlandse eindgebruikers verkopen of leveren een verklaring indienen bij de toezichthouder waarin zij mededelen dat zij 'gepaste zorgvuldigheid' betrachten. Het is nog niet duidelijk wie de toezichthouder gaat worden. Dit zal worden geregeld in een nadere regeling. Mogelijk worden bepaalde categorieën ondernemingen vrijgesteld van de verplichtingen onder deze wet.
Onderzoek en plan van aanpak
Een onderneming betracht gepaste zorgvuldigheid wanneer zij onderzoek doet of er een redelijk vermoeden bestaat dat de te leveren goederen of diensten met behulp van kinderarbeid tot stand zijn gekomen. Indien er een redelijk vermoeden bestaat, dient een plan van aanpak te worden vastgesteld en uitgevoerd. In een nadere regeling zullen nog eisen worden gesteld aan het onderzoek en het plan van aanpak.
Mogelijke sancties
Als na een onderbouwde klacht en daaropvolgende beoordeling blijkt dat de onderneming zijn verplichtingen onvoldoende nakomt, kan de toezichthouder een aanwijzing geven. Als die aanwijzing onvoldoende wordt opgevolgd, kan de toezichthouder een bestuurlijke boete opleggen. Bestuurders van ondernemingen die meerdere keren beboet zijn, kunnen strafrechtelijk worden vervolgd.
Inwerkingtreding
Het is nog niet bekend wanneer de wet in werking zal treden. De initiatiefneemster van deze wet, Mw. Kuiken, verwacht dat dit niet voor 2022 zal zijn. Op dit moment is de wetgever de lagere regelgeving aan het opstellen. Voor de vormgeving hiervan zijn ook de uitkomsten van de evaluatie van de imvo-convenanten van belang. De verwachting is dat het eindrapport van de evaluatie voor het zomerreces van 2020 kan worden opgeleverd.
Voor meer informatie over deze wet verwijzen wij naar onze Corporate Update van 23 juli 2019.