Voorschotbepaling (NOW-1) en peildatumbepaling (NOW-2) zijn niet in strijd met het evenredigheidsbeginsel (annotatie)
In deze annotatie bespreken Jan Reinier van Angeren en Sandra Putting de eerste uitspraak van de Centrale Raad van Beroep (CRvB) over de NOW. In de uitspraak van 8 januari 2021 oordeelt de CRvB dat de voorschotbepaling uit de NOW-1 en de peildatumbepaling uit de NOW-2 niet in strijd zijn met het evenredigheidsbeginsel. De CRvB ziet daarom geen aanleiding de bepalingen in het voordeel van de desbetreffende werkgever buiten toepassing te laten. In de annotatie gaan Jan Reinier en Sandra in op een aantal bestuursrechtelijke aspecten van de NOW-subsidieregeling en de CRvB-uitspraak.
Ten eerste bespreken zij het feit dat de CRvB zich als hogerberoepsrechter bevoegd acht te oordelen over NOW-geschillen, terwijl ook valt te betogen dat de Afdeling Bestuursrechtspraak van de Raad van State (ABRvS) de aangewezen rechter is om over dergelijke geschillen te oordelen.
Ten tweede bespreken zij de bevestiging van de strenge lijn in de rechtbankuitspraken over NOW-geschillen waaruit volgt dat uitzonderingen op de NOW vrijwel niet mogelijk zijn. De NOW is volgens de CRvB een generieke regeling waarbij maatwerk niet altijd kan worden geboden. De minister heeft voldoende gemotiveerd waarom bepaalde bepalingen als zodanig zijn vormgegeven in de NOW. Dat die bepalingen nadelig uitpakken voor sommige werkgevers, maakt niet dat de bepalingen hierdoor in strijd zijn met het evenredigheidsbeginsel. Hiermee laat de CRvB zien dat de bepalingen in de NOW terughoudend worden getoetst. Dit is in lijn met zijn eigen jurisprudentie over de wijze waarop een exceptieve toetst moet plaatsvinden.
Ten derde bespreken zij de vraag of een subsidie hoger kan worden vastgesteld dan het bedrag waarvoor de subsidie is verleend. Uit de uitspraak volgt dat het mogelijk is dat de subsidieverlening, en daarmee ook het daaraan verbonden voorschot, nul euro betreft omdat er geen loonsom is in de referentiemaand waar het subsidiebedrag op wordt gebaseerd. Werkgevers die hiermee te maken krijgen kunnen mogelijk bij de vaststelling een hoger subsidiebedrag ontvangen, gebaseerd op de loonsom in maart tot en met mei 2020. Het is de vraag of een subsidieverlening op een bedrag van nul euro en een hogere vaststelling dan de verlening, zich verhouden tot het systeem van de Awb en de huidige jurisprudentie van de ABRvS. Uit die jurisprudentie volgt namelijk dat een subsidie in beginsel niet hoger kan worden vastgesteld dan verleend. Als een bestuursorgaan dit wil bewerkstelligen, zal het eerst de subsidieverlening moeten intrekken of wijzigen en een hoger bedrag moeten verlenen, aldus de ABRvS. Jan Reinier en Sandra bespreken dat er in het kader van de NOW meer ruimte is voor een praktische benadering en een subsidie mogelijk wél hoger kan worden vastgesteld dan verleend.
Ten slotte bespreken Jan Reinier en Sandra nog enkele vervolgstappen voor werkgevers voor wie de NOW geen uitkomst biedt. Zij gaan kort in op de mogelijkheid voor werkgevers om te verzoeken om schadevergoeding in de vorm van nadeelcompensatie.
- CRvB 28 januari 2021, ECLI:NL:CRVB:2021:87, AB 2021/110, m.nt. J.R. van Angeren & S. Putting
Stibbe website over de NOW
De ontwikkelingen rondom de NOW-subsidie volgen elkaar in een snel tempo op en blijven door de aanhoudende coronacrisis zeer actueel. Daarom heeft het Stibbe NOW-team een speciale website over de NOW opgezet. Op deze website houdt dit team onder andere literatuur, rechtspraak, regelgeving en nieuwsberichten over de NOW bij. Daarnaast vindt u hier de belangrijkste parlementaire documentatie inzake de NOW. Ook staan op deze website onze short reads met een juridische duiding van de NOW-ontwikkelingen. Kortom, met onze website biedt het Stibbe NOW team u een up-to-date overzicht van de ontwikkelingen en inzicht in de juridische betekenis hiervan.
- Ga naar onze NOW-website www.stibbe-now.nl