Verdediging van bestuurders en 'feitelijk leidinggevers'

Article
NL Law

Hester Bisscheroux en Daan Doorenbos schreven een artikel over de verweren die verdediging van een vermeende 'feitelijk leidinggever' in een strafrechtelijke procedure kan voeren.

Als het gaat om de verdenking van strafbare feiten die door een rechtspersoon zouden zijn gepleegd, is het mogelijk dat (ook) de bestuurder of leidinggevende van die rechtspersoon als feitelijk leidinggever aansprakelijk wordt gesteld in een strafrechtelijke procedure. De verdediging van de vermeende feitelijk leidinggever heeft tegen die verdenking een breed palet aan verweren tot haar beschikking. Zowel het strafrecht als het civiele bestuurdersaansprakelijkheidsrecht bieden daarvoor voldoende mogelijkheden.

Wanneer het gaat over feitelijk leidinggeven als bedoeld in artikel 51 lid 2 onder 2° Sr, wordt doorgaans vooral gekeken naar de omstandigheden waaronder strafrechtelijke aansprakelijkheid kan worden vastgesteld. Dan wordt al snel verwezen naar het overzichtsarrest uit 2016 waarin de Hoge Raad heeft omschreven in welke gevallen kan worden gesproken van feitelijk leidinggeven. In dit artikel kiezen wij voor een wat andere benadering, waarbij wij vooral aandacht willen besteden aan de vraag hoe een verdachte zich kan verweren tegen een beschuldiging op dat vlak. Wij concentreren ons daarom op de vraag in welke gevallen niet kan worden gesproken van feitelijk leidinggeven. Een grensverkenning vanuit het perspectief van de verdediging.

Lees het volledige artikel hier.

Auteurs: mr. H.J.J. Bisscheroux en prof. mr. D.R. Doorenbos

Bron: Tijdschrift voor Sanctierecht & Onderneming 2024 nr. 1/2

Publicatiedatum: maart 2024