Noot onder de Afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State (de Afdeling) op 17 juli 2019 inzake besluit risico's zware ongevallen (ECLI:NL:RVS:2019:2441)
Ter zake van de eis van verweerder aan [eiseressen], dat FOIO ook moet worden aangebracht op de niet in gebruik zijnde lege tanks, overweegt de rechtbank als volgt. Opslagtanks die niet in gebruik zijn bevatten geen product.
Hierdoor bestaat er feitelijk geen risico dat zij vol raken, overstromen en er vanuit deze tanks een ontsteekbare dampwolk ontstaat. De kans op een zwaar ongeval, welke de op grond van artikel 5, eerste lid, van het Brzo aan [eiseressen] opgelegde Eis 1 dient te voorkomen, is ten aanzien van deze tanks derhalve niet aanwezig. (…) De rechtbank overweegt dat uit de nadere motivering van verweerder volgt dat verweerder er (nog steeds zonder meer) van uitgaat dat ingeval bij deze 24 niet-Buncefield-tanks overvullen aan de orde is, er dus sprake is van een zwaar ongeval (zodat FOIO – dan wel een gelijkwaardig alternatief – benodigd is). Naar het oordeel van de rechtbank komen de door [eiseressen] getroffen maatregelen in de nadere motivering niet dan wel onvoldoende ter sprake. Verweerder blijft, in afwijking van de Vopak-uitspraak, ook in zijn nadere motivering PGS 29 vooropstellen, zonder eerst te beoordelen of het veiligheidsbeheerssysteem van [eiseressen] voldoende is om een (eventueel) zwaar ongeval te voorkomen. Naar het oordeel van de rechtbank gaat verweerder er ten onrechte al bij voorbaat vanuit dat, omdat POM een niet-geautomatiseerd systeem is, dit een onvoldoende maatregel is om ten aanzien van de betreffende 24 niet-Buncefield- tanks een zwaar ongeval te voorkomen, daarbij evenmin aandacht schenkend aan de vraag of er bij overvullen van
Auteur: Anna Collignon en Dominique Vleeskens
Bron: M en R 2021/113
Publicatiedatum: 4 augustus 2021
Klik hier voor de volledige noot.