De wolf in Vlaanderen: soortenbescherming kort toegelicht

Article
BE Law
EU Law

Met de terugkeer van de wolf in Vlaanderen is het effect van soortenbescherming weer erg actueel. Waar komt deze soortenbescherming vandaan en hoe kan ze soms zelfs uw project beïnvloeden? Hierna leggen we het u uit.

Na een afwezigheid van meer dan 150 jaar in Vlaanderen, is de wolf terug. Een jonge wolvin, Naya, trok vanuit het noordoosten van Duitsland zowat 500 km doorheen Duitsland en Nederland om in België terecht te komen. Haar aanwezigheid hier is niet onopgemerkt gebleven. Dit was niet enkel te wijten aan de halsbandzender die haar locatie via gps-gegevens doorgaf, maar sinds kort ook aan de zichtbare sporen die Naya achterliet: vlak na haar aankomst in Vlaanderen beet ze twee schapen dood.

Als oorzaken van de - vooralsnog beperkte - terugkeer van de wolf in Vlaanderen noemen experts naast de plattelandsvlucht, in hoofdzaak het natuurbeschermingsrecht. Het was voornamelijk de directe vervolging door de mens die de wolf uit onze gebieden verdreef. Deze vervolging is tegenwoordig niet meer toegelaten. De wolf is immers een (Europees) beschermde soort.

Maar wat betekent dat juist om beschermd te zijn? Geen beter moment om de soortenbescherming juridisch onder de loep te nemen.

De Europese Habitatrichtlijn

De duurzame ontwikkeling van Europa is één van de doelstelling van de EU. Bij een duurzame ontwikkeling hoort een hoog niveau van bescherming en verbetering van de kwaliteit van het milieu. Als voornaamste instrument geldt de Habitatrichtlijn. Deze heeft tot doel bij te dragen aan deze duurzame ontwikkeling door het bevorderen van de biologische diversiteit in Europa.

Eén van de wijzen waarop de Habitatrichtlijn de biodiversiteit wil bevorderen, is door de bescherming van bepaalde bedreigde soorten. Bijlage IV bij de Habitatrichtlijn bevat de lijst van dier- en plantensoorten van communautair belang die strikt moeten worden beschermd. Op deze lijst staat, zoals u wellicht al had begrepen, de wolf.

Ook andere voor ons soms exotisch klinkende namen zoals de lynx, de bruine beer, de Europese bizon, de bever en het stekelvarken zijn soorten die strikt moeten worden beschermd.

De bescherming is bepaald in artikelen 12 tot en met 16 van de Habitatrichtlijn. Deze bepalingen leggen aan de lidstaten de verplichting op om maatregelen te nemen ter bescherming van de in bijlage IV vermelde diersoorten in hun natuurlijke verspreidingsgebied. Deze maatregelen houden onder meer een verbod in op:

  • het opzettelijk vangen of doden van in het wild levende specimens van die soorten;
  • het opzettelijk verstoren van die soorten, vooral tijdens de perioden van voortplanting, afhankelijkheid van de jongen, overwintering en trek;
  • het opzettelijk vernielen of rapen van eieren in de natuur;
  • de beschadiging of de vernieling van de voortplantings- of rustplaatsen.

Op de beschermingsmaatregelen bestaan (beperkte) uitzonderingen. Beschermde dieren opgenomen in bijlage V kunnen in de daar vermelde lidstaten en onder bepaalde voorwaarden worden bejaagd of worden onderworpen aan beheersmaatregelen. Voor alle in bijlage IV vermelde soorten geldt bovendien dat van de bescherming kan worden afgeweken ter bescherming van  andere belangen, zoals de voorkoming van ernstige schade aan gewassen of veehouderijen.

Een dergelijke afwijking is slechts onder strikte voorwaarden mogelijk, namelijk indien er cumulatief geen andere bevredigende oplossing bestaat én er geen afbreuk wordt gedaan aan het streven om de populaties van de betrokken soort in hun natuurlijke verspreidingsgebied in een gunstige staat van instandhouding te laten voortbestaan.

Uit rechtspraak van het Hof van Justitie blijkt dat deze afwijkingsmogelijkheid veelal restrictief te interpreteren is. Zo zal de jacht op wolven maar kunnen indien de schade aan de veestapel aanzienlijk zou zijn. Een paar dode schapen lijken dus (nog) niet te zullen volstaan.

Concrete omzetting in Vlaanderen

De Habitatrichtlijn vereist verdere omzetting in het nationale recht van de lidstaten. In Vlaanderen zijn de beschermingsvoorschriften thans opgenomen in het "besluit van de Vlaamse Regering van 15 mei 2009 met betrekking tot soortenbescherming en soortenbeheer", beter bekend als het Soortenbesluit.

Bijlage I bij het Soortenbesluit lijst de soorten waarop de beschermingsbepalingen van toepassing zijn, op.  Ook de soorten in bijlage IV van de Habitatrichtlijn die voorkomen -of kunnen voorkomen- in Vlaanderen, zoals de wolf, zijn in bijlage I bij het Soortenbesluit opgenomen (zie categorie 3). De soortenbescherming zelf volgt uit het Soortenbesluit, dat ook de reeds vermelde verbodsbepalingen bevat, zoals het opzettelijk doden, opzettelijk vangen of opzettelijk verstoren van beschermde diersoorten.

Een wolf die je schaap aanvalt, opzettelijk doden, mag dus ook in Vlaanderen niet. Wie dat toch doet, riskeert zelfs een gevangenisstraf van een maand tot vijf jaar en/of een geldboete van 100 tot 500.000 euro. Voor de schade die werd aangericht, kan de getroffene wel een beroep doen op de daarvoor voorziene vergoedingsregeling. Hiervoor volstaat een aanvraag bij het Agentschap voor Natuur en Bos.

Niet alleen van belang voor de schapenhouder!

Uit het voorgaande blijkt dat beschermde soorten een bijzonder regime genieten. Hoewel de terugkeer van de wolf, die mede dankzij die bescherming plaatsvond, tot de verbeelding spreekt, heeft de soortenbescherming een veel ruimere (en vaak minder bloederige) impact dan de aanwezigheid van lang uit onze contreien verdreven wilde dieren.

Eerste casus: de rode bosmier

Zo is er het voorbeeld van de rode bosmier die de uitvoering van een ruimtelijk uitvoeringsplan dwarsboomde. De rode bosmier is opgenomen in de lijst van soorten waarop de basisbeschermingsbepalingen van het Soortenbesluit van toepassing zijn. Bij de vaststelling van een ruimtelijk uitvoeringsplan (RUP) was de aanwezigheid van de rode bosmier niet besproken in de plan-m.e.r.-screeningsnota en had de overheid nauwelijks aandacht besteed aan een bezwaar in het openbaar onderzoek over deze rode bosmier. Tegelijk was de aanwezigheid ervan wel gekend bij het bestuur.

De Raad van State oordeelde dat het zorgvuldigheidsbeginsel hierdoor was geschonden en ging eerst over tot schorsing van het RUP en vervolgens tot de vernietiging ervan.

Tweede casus: de vleermuis

  • Bomenkap 

In een ander arrest van de Raad van State vormde de bescherming van vleermuizensoorten een struikelblok.

De Raad oordeelde dat het kappen van ongeveer honderd beuken omwille van een aantasting door zwammen, zonder voldoende rekening te houden met de effecten op de aanwezige vleermuizen, als meest drastische keuze om het veiligheidsrisico dat uitging van de aangetaste bomen op te lossen, niet te verzoenen was met de afwezigheid van een andere bevredigende oplossing zoals opgevat door het Soortenbesluit. 

  • Windturbines

Ook een milieuvergunning voor de exploitatie van een windturbinepark werd in een arrest van de Raad van State vernietigd omdat de vergunning zelf aangaf dat de gevolgen voor vleermuizen nog onduidelijk waren. Een dergelijk gebrek aan zekerheid met betrekking tot een beschermde soort was volgens de Raad onaanvaardbaar bij het verlenen van een exploitatievergunning voor twintig jaar.

Besluit

De terugkeer van de wolf in Vlaanderen toont het belang aan van de bescherming van bepaalde diersoorten. Maar niet alleen de schapenhouder ondervindt de gevolgen van de soortenbescherming. Ook voor overheden, ontwikkelaars en particulieren kan de bescherming van bepaalde diersoorten een belangrijke impact hebben.

De niet-naleving ervan kan immers een plan, vergunning of toelating doen sneuvelen. In geval van opzettelijke inmenging (bijv. verstoren of doden) van de beschermde soorten, komt daar soms ook nog een potentiële strafsanctie bij.  

"Don't mess with Mother Nature" dus, en vooral niet als het om beschermde soorten gaat.