Besluit tot wijziging van de Beleidsregel geschiktheid 2012 gepubliceerd en in werking getreden
Op 14 januari 2020 is het Besluit van DNB en de AFM van 12 december 2019 tot wijziging van de Beleidsregel geschiktheid 2012 in de Staatscourant gepubliceerd. Het besluit is op 15 januari 2020 in werking getreden.
De Beleidsregel geschiktheid 2012 (de “Beleidsregel”) is aangepast naar aanleiding van de inwerkingtreding van de Wet toezicht trustkantoren 2018, de wijziging van de Wwft, de toevoeging van de Europese verordeningen CSDR en EMIR en twee richtsnoeren van ESMA en EBA. De Beleidsregel en de toelichting zijn, naast de actualisatie die op basis van de wijzigingen uit voorgaande regelgeving voortvloeien, ook op enkele andere punten geactualiseerd en verduidelijkt. Ook zijn enkele omissies hersteld.
Op hoofdlijnen zijn de volgende wijzigingen doorgevoerd.
Aanpassing definities
De definitie ‘onderneming’ is aangepast. Aan de definitie worden de marktexploitant, de elektronisch geldinstelling, de aanbieder van diensten voor het wisselen tussen virtuele valuta en fiduciaire valuta, de aanbieder van bewaarportemonees en de centrale tegenpartij toegevoegd.
De afwikkelonderneming, de wisselinstelling en de kredietunie worden aan de definitie van ‘onderneming in groep A’ toegevoegd als gevolg van opneming van deze entiteiten in de Wft. Ook de centrale tegenpartij wordt aan de definitie ‘onderneming in groep A’ toegevoegd. De betaalinstelling en de elektronischgeldinstelling worden overgeheveld van groep C naar groep A. Het toetsingskader van groep A wordt passend geacht voor betaalinstellingen en elektronischgeldinstellingen, omdat deze ondernemingen een sterke marktpositie hebben verkregen in het financiële systeem. Ten slotte dienen ook beleidsbepalers binnen de aanbieders van cryptodiensten na inwerkingtreding van de implementatiewet wijziging vierde anti-witwasrichtlijn op geschiktheid te worden getoetst. Ook voor deze aanbieders wordt groep A passend geacht.
De pensioenbewaarder is toegevoegd aan de definitie ‘onderneming in groep B’. Dit betreft een herstel van een eerdere omissie.
Begrip beleidsbepaler
In de toelichting bij de Beleidsregel is een verduidelijking opgenomen en zijn voorbeelden genoemd van functies die onder het begrip beleidsbepaler in de zin van de Beleidsregel kunnen vallen. Expliciet wordt genoemd dat alle personen die de beleids- en besluitvorming van ondernemingen bepalen, of daarop een substantiële invloed hebben, als beleidsbepaler in de zin van de Beleidsregel kwalificeren, dus ook medebeleidsbepalers en dagelijks beleidsbepalers. Ook Sleutelfunctiehouders en –vervullers zijn opgenomen in de kring van beleidsbepalers.
Pensioenfondsen en beroepspensioenfondsen
Beleidsbepalers bij pensioenfondsen en beroepspensioenfondsen worden getoetst op geschiktheid. Dit was voor de inwerkingtreding van de gewijzigde Beleidsregel een deskundigheidstoets.
De Beleidsregel is daarnaast eveneens van toepassing op personen die kunnen worden getoetst op geschiktheid en niet alleen op personen die moeten worden getoetst op geschiktheid. Personen die een sleutelfunctie uitoefenen moeten geschikt zijn voor het vervullen van die functie. Pensioenfondsen zijn zelf verantwoordelijk voor de geschiktheid van deze personen.
Explicitering en verduidelijking
Het vereiste ‘onafhankelijke besluitvorming’ is geëxpliceerd en verder verduidelijkt: beleidsbepalers van alle ondernemingen in de zin van de Beleidsregel moeten onafhankelijk van geest zijn. Verder wordt het vereiste van ‘voldoende tijd’ nader uitgewerkt. Het hebben van voldoende tijd voor de beoogde functie en verantwoordelijkheden is van belang voor beleidsbepalers van alle ondernemingen in de zin van deze Beleidsregel. Daarom is ervoor gekozen om het vereiste van ‘voldoende tijd’ expliciet op te nemen in de lijst met competenties.
In de Beleidsregel is vastgelegd dat bij de geschiktheidstoetsing rekening wordt gehouden met de inhoud en de context van de functie waarvoor de kandidaatbestuurder of toezichthouder is voorgedragen.
Uit de EBA/ESMA-richtsnoeren volgt dat significante en/of beursgenoteerde beleggingsondernemingen voldoende onafhankelijke beleidsbepalers moeten hebben. Ook dit is opgenomen in de Beleidsregel.
Aanvragers verklaring van geen bezwaar
Personen die uitsluitend kwalificeren als aanvrager van een verklaring van geen bezwaar (vvgb) als bedoeld in artikel 3:95 lid 1 Wft worden expliciet uitgezonderd voor de toepassing van de Beleidsregel. Deze personen worden op grond van artikel 3:100 lid 1 sub b wft beoordeeld op hun reputatie. Deze toets is een andere toets dan de geschiktheidstoets als bedoeld in deze Beleidsregel en volgt uit de EU Joint Guidelines.
Aanvragers verklaring van geen bezwaar
In de Beleidsregel is een uitzondering voor kleine ondernemingen opgenomen. Deze uitzondering is in de gewijzigde Beleidsregel nader uitgewerkt: ook de aard, omvang en complexiteit van de onderneming moeten worden meegenomen in het al dan niet kunnen gebruiken van de uitzondering.
Diversiteit
In de toelichting is een passage opgenomen over diversiteit in het collectief. De toezichthouder moedigt diversiteit in het collectief van beleidsbepalers aan. Verschillen in kennis, ervaring, leeftijd, geslacht en professionele en geografische achtergrond zorgen voor een brede blik en verschillende perspectieven. Hoewel dit onderdeel van geschiktheid al eerder is toegelicht op de website van DNB en de AFM, is dit nu ook expliciet opgenomen in de toelichting bij de Beleidsregel.